Alpen

In het noorden en westen wordt de Alpenboog begrensd door het Molassebekken, een jong-Tertiair dalingsgebied waarin afbraakproducten van de Alpen werden gedeponeerd. Dit bekken volgt niet de hele boog, maar wigt ten noorden van Grenoble uit als gevolg van het samenvloeien van de Juraketen met de buitenste ketens van de West-Alpen, de zgn. Dauphinéketens. Aan de binnenzijde van de boog ligt de Povlakte, eveneens een diep bekken, gevuld met Tertiaire en Kwartaire sedimenten. De Alpenboog is in drie delen op gedeeld :
1. Helvetische zone, ook wel Helvetiden of Helveticum genoemd; 2. Penninische zone, ook wel Penniden of Penninicum; 3. Oostalpine of Austro-alpine zone, ook wel Austriden.

In elk van de drie zones kunnen twee groepen gesteenten worden onderscheiden: een pre-Permisch grondgebergte, hoofdzakelijk bestaande uit kristallijne gesteenten die tijdens de Variscische orogenese gevormd werden, en de hierop discordant afgezette sedimenten van Permische, Mesozoïsche en Onder-Tertiaire ouderdom.

Share

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *